trouwt op woensdag 17-03-1847 te Zuidhorn, (ontbonden door overlijden op maandag 28-11-1853 te Niezijl)
met
Albertus Pieters de Wind [e-1], geboren op donderdag 29-03-1821 te Menkeweer, kleermakersknecht (1847), kleermaker (1855-1888), overleden op vrijdag 03-06-1904 te Oldehove, trouwt (2) op woensdag 21-11-1855 te Grijpskerk, (ontbonden door overlijden op woensdag 27-05-1891 te Niezijl) met Jezeltje Kijft [g-1], geboren op donderdag 17-09-1818 te den Ham (Gr), dienstmeid (1855), overleden op woensdag 27-05-1891 te Niezijl.
trouwt (1) op woensdag 17-03-1847 te Zuidhorn, (ontbonden door overlijden op maandag 28-11-1853 te Niezijl)
met
Geeske Wijbrens Koning [a-1], dochter van Wiebren Semmes Koning [e-1] en Grietje Pieters Pol [a-1], geboren op zaterdag 07-10-1820 te Niezijl, dienstmeid (1847), overleden op maandag 28-11-1853 te Niezijl.
trouwt (2) op woensdag 21-11-1855 te Grijpskerk, (ontbonden door overlijden op woensdag 27-05-1891 te Niezijl)
met
Jezeltje Kijft [g-1], geboren op donderdag 17-09-1818 te den Ham (Gr), dienstmeid (1855), overleden op woensdag 27-05-1891 te Niezijl.
trouwt voor 01-1633 vermoedelijk te Veenklooster, (ontbonden door overlijden in 01-1633 te Veenklooster)
met
Laurens Gerryts [f-kk], zoon van Gerryt Lourents [v-kk] en Griet Jans [v-kk], geboren voor 03-1602 te Veenklooster, Doopsgezind, overleden in 01-1633 vermoedelijk te Veenklooster, trouwt (1) met Frouck Wijgers [e-kk].
Laurens Gerryts [f-kk].
artikel van der Land Jierb.1980 door Auke de Vries.
Op 11 mrt 1618 zijn Gerrijt Laurens en zijn zoon Laurens Gerrijts, als bestevader, resp. oom, voormonden over de drie minderjarige kinderen weeskinderen van wijlen Jacob Gerrijtszn binnen Veenklooster.
I.v.m. het overlijden van Gerrijt Laurens wordt op 15 mrt 1620 in zijn sterfhuis te Veenklooster inventaris opgemaakt, op verzoek van de zoon Laurens Gerrijts, zowel voor zichzelf als in zijn kwaliteit van geauthoriseerde curator over de kinderen van zijn overleden broer Jacob Gerrijts bij Hil Isbrandtsdr. Mede is aanwezig de stiefvader van bedoelde kinderen, Willem Sippeszzn. Als eigendom van de overledene wordt genoemd een akker land op het Oost van Veenklooster, reeds in zijn bezit van zijn huwelijk met griet Jansdr. Verder heeft hij het gebruik van de genoemde eendenkooi en het daaromheen staand geboomte: de huur loopt nog achtjaren jaartallen overeenkomstig de resolutie van het Landschap (prov. bestuur) over de kloosterlanden te Veenklooster. De kooi komt voor op de Schotanuskaart. Tot de levende have behoren een merrie, een hengst, een merrieveulen, een koe en een bollehokkelingh. Onder de inboedel staan vermeld een zadel, een toom, een rapier, een belagen wagen en een slede. Diverse geldswaardige stukken met een totaalwaarde van 450 gg (van 28 st.) worden vermeld. Een kort tevoren voor 31 daalders verkochte merrie is nog niet betaald. Een aantal vorderingen op de overledene in diens kwaliteit van voormonder over zijn kleindochter Sjiuke Bootedr zijn opgenomen. Onder het zgn gerede gelds worden genoemd: een derde part van een portugalijser, te waarde van omtrente 14 carg, vijf dubbele spaanse pistoletten, ieder ter waarde van 7 stuivers, 12 penningen ; een oude rosenobel ter waarde van 9 st. ; een dubbele dukaat ter waarde van 8 st, 4 p. ; een gouden sitter ter waarde van 6 st. ; een spaanse daalder. Aan pasmunt zijn er 39 st. en 8 p, waarnaast apart worden vermeld 13 stuivers aan oud zilvergeld en 19 carg plus 15 st. Als uitschuld wordt vermeld dat de weduwe overeenkomstig de huwelijksbelofte toekomt eenhonderd daalders.
Eind febr. 1628 wendt Harmen Jacobs, geassisteerd door zijn stiefvader Willem Sippes en zijn oom Laurens Gerrijts, zich tot het gerecht van Kollumerland om veniam aetatis (meerderjarigverklaring). ; Hij verklaart dat hij blijkens een aantekening van zijn vader Jacob Gerrijts is geboren op 28 febr. 1604 (dus nog geen 25 jaar oud is), maar toch met zijn curatoren wil afrekenen, mede omdat hij in het huwelijk is getreden met Aeffke Syrcx.
Op 1 maart 1628 verklaren Laurens Gerrijts en Willem Sippes, beiden te Veenklooster, dat Harmen in hun beider nabuurschap heeft geleefd, als een goed verstandig en bekwaam jongman, en dat hij, tot zijn 25e jaar gekomen, zich in echte staat begeven heeft met hun ,,nabuursche Aeff Sircx, wed. ; Buwe Buwes. ; Op 1 april d.a.v. wordt hem veniam aetatis verleend.
Op 19-1-1633 wordt er geïnventariseerd in het sterf huis van Louwerens Gerrijts. Zijn oomzegger Harmen Jacobs is mede voormond over de minderjarige kinderen. Lourens Gerrijts was eerste getrouwd met Frouck Wijgersdr, dr. v. Wijger Ritskes en Jent Bennes Meinsma en daarna met Geertien Harts, die als zijn weduwe bij de inventarisatie aanwezig was. Tot de nalatenschap behoren de helft van 4 akkers, waarvan de andere helft Harmen Jacobs met zijn vrouw toebhoort, en 4/6 part van de eendenkooi bij Veenklooster in het leegland gelegen. Verder is er een schuld aan het jongste weeskind van zijn broer Jacob Gerrijts van 707 gg 11 st 2 p, vermeerderd met rente. De inventarisatie wordt bevestigd naar waarheid, zoals gebeurd bij de doopsgezinden i.p.v. eed. Laurens was gehuwd met Frouck Wygersdr, dr. v. Wijger Ritskesz. en Jent Bennedr. Meinsma.
trouwt voor 1586 te Westergeest, (ontbonden door overlijden na 01-1591 vermoedelijk te Westergeest)
met
Tyets Sybes [e-kk], geboren voor 1569 vermoedelijk te Westergeest, overleden na 01-1591 vermoedelijk te Westergeest, trouwt (1) voor 1585 vermoedelijk te Westergeest, (ontbonden door overlijden voor 1586 te Westergeest) met Haije Feijes [g-kk], geboren voor 1569 te Westergeest, overleden voor 1586 vermoedelijk te Westergeest.
Tyets Sybes [e-kk].
Nitte wordt in 1586 vermeld in een relaas van zijn stiefzoon Feije Haijes.
In 1588 is er sprake van door hem verschuldigde landhuur. Op 12 mei 1590 treedt hij voor zijn stiefzoon Feije Haijes vanwege belangen in een halve sate lands te Westergeest, hij verklaart op 13 januari 1591, als man van Tyets Sybesdr, een deel van een sate in Westergeest af te staan aan een zekere Jochem Melles. Nitte wordt in september 1599 vermeld als voormond (voogd?) over de kinderen van Romcke Lauwrens en Bauck Lyuwedr. Jellema in Oudwoude, dit in verband met de verkoop van land in Idama. Op 27 maart 1599 verpacht hij land in Idamasaete bij Driezumerzijl. Op 5 november 1619 is Taets Jelles weduwe van Haije Nittes geld schuldig aan Nitte. Nitte woont dan in Oudkerk.