de familie van Jan Pol
Trijn Louwes
Trijn Louwes [v-kk], geboren circa 1570 te Buitenpost, overleden voor 03-1622 vermoedelijk te Buitenpost.

Trijn Louwes [v-kk].
21 maart 1622 heeft er inventarisatie plaats ten sterfhuize van Marck Wybets, in leven te Buitenpost.
In juni d.a.v. wordt er scheiding tussen de erfgenamen gemaakt. Aan deze akten wordt het volgende ontleend: Vererving heeft plaats op de zoons Lou, Pyter, Wybe en Ridmer, en op de dochters Riensk en Trijntie. Riensk wordt geassisteerd door haar man Hemme Jansen ; Trijntje, blijkbaar nog minderjarig, door haar voogd Jan Lous. De laatste is mogelijk een broer van de moeder Trijn Louwsdr. Er is een huisinge te Buitenpost, lang negen en een half vak, met voor en achter een huif, met half stenen en half liemen wannen (muren), met enige hekken, dammen en dampalen, ruich en ruichscherne (mestvaalt). Ook is er een klein turfhuis. Er is uitgezaaide rogge en enig hakhout. Verder een kinbak hooi, vier lopen gedorste haver, twee wagens, een eg en een ploeg, twee paar zielen (inspanmateriaal voor de paarden voor de wagens, enz.), twee vlegels, een greep en een schop, een veengreep, twee leppen (schoppen), een wan, een ploeg- en een egketting, een voor- en een achterbint, en een jaaglijn. Onder de levende have worden genoemd twee moerpaarden, zes koeien, vijf jongdieren, vier jonge zwijnen, zes schapen, twee soepkalvers (soep --» karnemelk), acht hennen en een haan. Verder worden beschreven de inboedel, hout-, koper-, tin-, ijzer- en meschenwerk, steenwerk op de schotelbank, spek, enz. Bij de scheiding blijkt dat ieder van de zes kinderen toekomt 106 carg 12 st. Alle kinderen plaatsten in 1622 hun handtekening onder de erfenisdeling
.

relatie
met

Marck Wijbtes [v-kk], zoon van Wijbet Marx [v-kk], geboren in 1565 te Buitenpost, overleden in 03-1622 te Buitenpost.

Marck Wijbtes [v-kk].
21 maart 1622 heeft er inventarisatie plaats ten sterfhuize van Marck Wybets, in leven te Buitenpost.
In juni d.a.v. wordt er scheiding tussen de erfgenamen gemaakt. Aan deze akten wordt het volgende ontleend: Vererving heeft plaats op de zoons Lou, Pyter, Wybe en Ridmer, en op de dochters Riensk en Trijntie. Riensk wordt geassisteerd door haar man Hemme Jansen ; Trijntje, blijkbaar nog minderjarig, door haar voogd Jan Lous. De laatste is mogelijk een broer van de moeder Trijn Louwsdr. Er is een huisinge te Buitenpost, lang negen en een half vak, met voor en achter een huif, met half stenen en half liemen wannen (muren), met enige hekken, dammen en dampalen, ruich en ruichscherne (mestvaalt). Ook is er een klein turfhuis. Er is uitgezaaide rogge en enig hakhout. Verder een kinbak hooi, vier lopen gedorste haver, twee wagens, een eg en een ploeg, twee paar zielen (inspanmateriaal voor de paarden voor de wagens, enz.), twee vlegels, een greep en een schop, een veengreep, twee leppen (schoppen), een wan, een ploeg- en een egketting, een voor- en een achterbint, en een jaaglijn. Onder de levende have worden genoemd twee moerpaarden, zes koeien, vijf jongdieren, vier jonge zwijnen, zes schapen, twee soepkalvers (soep --» karnemelk), acht hennen en een haan. Verder worden beschreven de inboedel, hout-, koper-, tin-, ijzer- en meschenwerk, steenwerk op de schotelbank, spek, enz. Bij de scheiding blijkt dat ieder van de zes kinderen toekomt 106 carg 12 st. Alle kinderen plaatsten in 1622 hun handtekening onder de erfenisdeling
.

Uit deze relatie:

 naamgeborenplaatsoverledenplaatsoudrelatiekinderen
Rodmer*1604 Buitenpost †1672 Kollumerzwaag 68
Pijter*1604 Buitenpost    
Lou*1604 Buitenpost    
Rienske*1604 Buitenpost †1649  44
Wijbe*1604 Buitenpost †1658  53
Trijntie*1604 Buitenpost    


Jurrien Fockes
Jurrien Fockes [v-kk], geboren circa 1554, overleden op vrijdag 14-11-1636 te Kollumerzwaag.

Jurrien Fockes [v-kk].
20 okt. 1584 wordt hij voor de eerste maal genoemd.
24 maart 1590 wordt hij vermeld wegens huurschuld.
24 okt. 1592 moet hij 2 daalders 5 st betalen wegens, verteerde kost, bij enige soldaten gedaan.
21 aug. 1593 heeft hij een vordering wegens geleverde turf.
16 jan. 1595 wordt hij vermeld wegens opzegging van de door hem gehuurde zate.
Op 21 juli 1595 heeft hij met Pieter Nittes op 't veen een kwestie over de gerechtigheid van de Hoeijwech (hooiweg).
11 mei 1596 koopt hij met zijn vrouw Griet Dircxdr, wonende te Kollumerzwaag, 1/8 part van Eysma-sate, door hen bewoond, en enig land.
7 dec. 1596 stelt een Loil Beintsdr een vordering over arbeidsloon in tegen hem.
17 okt. 1597 laat hij twee verkopen registreren.
Voor 14 nov. 1636 is hij overleden ; dan heeft er inventarisatie plaats in zijn sterfhuis ten overstaan van de weduwe Griet Dircx en de verdere erfgenamen, t.w.: Jouck Jurriens, wed. Gielt Piers ; Dirck Jurriens ; Griet Jurriens, gehuwd met Wopcke Lubbes ; Focke Jurriens weeskind Aeltie, oud 18 iaar ; curator is haar aangetrouwde oom Wopcke Lubbes ; wijlen Antie Jurriens' weeskinderen bij wl. Sape Rytskes ; Jentie Jurriens ; Tiets Jurriens, gehuwd met Rodmer Merx Er is een sate en landen, met zes akkers bouwiand, een miedfenne, reidfenne genaamd, bij Noordoosterhorne, een mad mieden, stukken van vier, twee, twee resp. 66n pdm, 2 maden, 1 mad, twee lapkens miedland, 2 akkers veenland in 't Vliet, een roede venen en leijen in Eysmafeenen, 10 roeden leijen in Dantumadeel. Aan levendige have worden genoernd 2 koeien, een moerpeerd, drie winterzwijnen, vier hennen. Verder inboedel, kleding, tinwerk, houtwerk, huismans gereedschap, 10 zakken rogge in 't stro, 29 zak gedorste haver, 34 1/2 zak haver in 't stro. Jentie Jurriens en Griet Dirxdr (de weduwe) bevestigen één en ander bij haar waarheid in plaats van ede. Hieruit kan geconcludeerd worden dat zij doopsgezind zijn.
Voor 30 mei 1638 is ook de vrouw overleden. De zeven erfgenamen gaan dan tot scheiding en deling over. De erfenis beloopt netto 1894 gg 20 st 4 p, dat is per staag 270 gg 19 st. Wopcke Lubbes, Dirck Jurriens, Lubbe Fockes en Meinert Fockes plaatsen een handmerk, Jentie Jurriens en Rudmer Marcks zetten hun handtekening
.

trouwt voor 05-1596 te Kollumerzwaag
met

Griet Dircks [v-kk], Doopsgezind, overleden in 1638.

Griet Dircks [v-kk].
11 mei 1596 koopt Jurrien Fockes met zijn vrouw Griet Dircxdr, wonende te Kollumerzwaag, 1/8 part van Eysma-sate, door hen bewoond, en enig land.
7 dec. 1596 stelt een Loil Beintsdr een vordering over arbeidsloon in tegen hem.
Voor 14 nov. 1636 is Jurrien Fockes overleden ; dan heeft er inventarisatie plaats in zijn sterfhuis ten overstaan van de weduwe Griet Dircx en de verdere erfgenamen, t.w.: Jouck Jurriens, wed. Gielt Piers ; Dirck Jurriens ; Griet Jurriens, gehuwd met Wopcke Lubbes ; Focke Jurriens weeskind Aeltie, oud 18 iaar ; curator is haar aangetrouwde oom Wopcke Lubbes ; wijlen Antie Jurriens' weeskinderen bij wl. Sape Rytskes ; Jentie Jurriens ; Tiets Jurriens, gehuwd met Rodmer Merx Er is een sate en landen, met zes akkers bouwiand, een miedfenne, reidfenne genaamd, bij Noordoosterhorne, een mad mieden, stukken van vier, twee, twee resp. 66n pdm, 2 maden, 1 mad, twee lapkens miedland, 2 akkers veenland in 't Vliet, een roede venen en leijen in Eysmafeenen, 10 roeden leijen in Dantumadeel. Aan levendige have worden genoernd 2 koeien, een moerpeerd, drie winterzwijnen, vier hennen. Verder inboedel, kleding, tinwerk, houtwerk, huismans gereedschap, 10 zakken rogge in 't stro, 29 zak gedorste haver, 34 1/2 zak haver in 't stro. Jentie Jurriens en Griet Dirxdr (de weduwe) bevestigen één en ander bij haar waarheid in plaats van ede. Hieruit kan geconcludeerd worden dat zij doopsgezind zijn.
Voor 30 mei 1638 is ook Griet Dircx overleden. De zeven erfgenamen gaan dan tot scheiding en deling over. De erfenis beloopt netto 1894 gg 20 st 4 p, dat is per staag 270 gg 19 st. Wopcke Lubbes, Dirck Jurriens, Lubbe Fockes en Meinert Fockes plaatsen een handmerk, Jentie Jurriens en Rudmer Marcks zetten hun handtekening
.

Uit dit huwelijk:

 naamgeborenplaatsoverledenplaatsoudrelatiekinderen
Tieets*1610 Kollumerzwaag †1663 Kollumerzwaag 53
Jentie     
Antie  †1637   
Griet     
Dirck  †1655   
Jouck     
Focke  †1637   


Griet Dircks
Griet Dircks [v-kk], Doopsgezind, overleden in 1638.

Griet Dircks [v-kk].
11 mei 1596 koopt Jurrien Fockes met zijn vrouw Griet Dircxdr, wonende te Kollumerzwaag, 1/8 part van Eysma-sate, door hen bewoond, en enig land.
7 dec. 1596 stelt een Loil Beintsdr een vordering over arbeidsloon in tegen hem.
Voor 14 nov. 1636 is Jurrien Fockes overleden ; dan heeft er inventarisatie plaats in zijn sterfhuis ten overstaan van de weduwe Griet Dircx en de verdere erfgenamen, t.w.: Jouck Jurriens, wed. Gielt Piers ; Dirck Jurriens ; Griet Jurriens, gehuwd met Wopcke Lubbes ; Focke Jurriens weeskind Aeltie, oud 18 iaar ; curator is haar aangetrouwde oom Wopcke Lubbes ; wijlen Antie Jurriens' weeskinderen bij wl. Sape Rytskes ; Jentie Jurriens ; Tiets Jurriens, gehuwd met Rodmer Merx Er is een sate en landen, met zes akkers bouwiand, een miedfenne, reidfenne genaamd, bij Noordoosterhorne, een mad mieden, stukken van vier, twee, twee resp. 66n pdm, 2 maden, 1 mad, twee lapkens miedland, 2 akkers veenland in 't Vliet, een roede venen en leijen in Eysmafeenen, 10 roeden leijen in Dantumadeel. Aan levendige have worden genoernd 2 koeien, een moerpeerd, drie winterzwijnen, vier hennen. Verder inboedel, kleding, tinwerk, houtwerk, huismans gereedschap, 10 zakken rogge in 't stro, 29 zak gedorste haver, 34 1/2 zak haver in 't stro. Jentie Jurriens en Griet Dirxdr (de weduwe) bevestigen één en ander bij haar waarheid in plaats van ede. Hieruit kan geconcludeerd worden dat zij doopsgezind zijn.
Voor 30 mei 1638 is ook Griet Dircx overleden. De zeven erfgenamen gaan dan tot scheiding en deling over. De erfenis beloopt netto 1894 gg 20 st 4 p, dat is per staag 270 gg 19 st. Wopcke Lubbes, Dirck Jurriens, Lubbe Fockes en Meinert Fockes plaatsen een handmerk, Jentie Jurriens en Rudmer Marcks zetten hun handtekening
.

trouwt voor 05-1596 te Kollumerzwaag
met

Jurrien Fockes [v-kk], geboren circa 1554, overleden op vrijdag 14-11-1636 te Kollumerzwaag.

Jurrien Fockes [v-kk].
20 okt. 1584 wordt hij voor de eerste maal genoemd.
24 maart 1590 wordt hij vermeld wegens huurschuld.
24 okt. 1592 moet hij 2 daalders 5 st betalen wegens, verteerde kost, bij enige soldaten gedaan.
21 aug. 1593 heeft hij een vordering wegens geleverde turf.
16 jan. 1595 wordt hij vermeld wegens opzegging van de door hem gehuurde zate.
Op 21 juli 1595 heeft hij met Pieter Nittes op 't veen een kwestie over de gerechtigheid van de Hoeijwech (hooiweg).
11 mei 1596 koopt hij met zijn vrouw Griet Dircxdr, wonende te Kollumerzwaag, 1/8 part van Eysma-sate, door hen bewoond, en enig land.
7 dec. 1596 stelt een Loil Beintsdr een vordering over arbeidsloon in tegen hem.
17 okt. 1597 laat hij twee verkopen registreren.
Voor 14 nov. 1636 is hij overleden ; dan heeft er inventarisatie plaats in zijn sterfhuis ten overstaan van de weduwe Griet Dircx en de verdere erfgenamen, t.w.: Jouck Jurriens, wed. Gielt Piers ; Dirck Jurriens ; Griet Jurriens, gehuwd met Wopcke Lubbes ; Focke Jurriens weeskind Aeltie, oud 18 iaar ; curator is haar aangetrouwde oom Wopcke Lubbes ; wijlen Antie Jurriens' weeskinderen bij wl. Sape Rytskes ; Jentie Jurriens ; Tiets Jurriens, gehuwd met Rodmer Merx Er is een sate en landen, met zes akkers bouwiand, een miedfenne, reidfenne genaamd, bij Noordoosterhorne, een mad mieden, stukken van vier, twee, twee resp. 66n pdm, 2 maden, 1 mad, twee lapkens miedland, 2 akkers veenland in 't Vliet, een roede venen en leijen in Eysmafeenen, 10 roeden leijen in Dantumadeel. Aan levendige have worden genoernd 2 koeien, een moerpeerd, drie winterzwijnen, vier hennen. Verder inboedel, kleding, tinwerk, houtwerk, huismans gereedschap, 10 zakken rogge in 't stro, 29 zak gedorste haver, 34 1/2 zak haver in 't stro. Jentie Jurriens en Griet Dirxdr (de weduwe) bevestigen één en ander bij haar waarheid in plaats van ede. Hieruit kan geconcludeerd worden dat zij doopsgezind zijn.
Voor 30 mei 1638 is ook de vrouw overleden. De zeven erfgenamen gaan dan tot scheiding en deling over. De erfenis beloopt netto 1894 gg 20 st 4 p, dat is per staag 270 gg 19 st. Wopcke Lubbes, Dirck Jurriens, Lubbe Fockes en Meinert Fockes plaatsen een handmerk, Jentie Jurriens en Rudmer Marcks zetten hun handtekening
.

Uit dit huwelijk:

 naamgeborenplaatsoverledenplaatsoudrelatiekinderen
Tieets*1610 Kollumerzwaag †1663 Kollumerzwaag 53
Jentie     
Antie  †1637   
Griet     
Dirck  †1655   
Jouck     
Focke  †1637   


Wijbet Marx
Wijbet Marx [v-kk], geboren circa 1555, overleden na 1606 te Buitenpost.


een zoon:

 naamgeborenplaatsoverledenplaatsoudrelatiekinderen
Marck*1565 Buitenpost †1622 Buitenpost 57


Pijter Marckx
Pijter Marckx [f-kk], geboren voor 03-1604 te Buitenpost.

Pijter Marckx [f-kk].
21 maart 1622 heeft er inventarisatie plaats ten sterfhuize van Marck Wybets, in leven te Buitenpost..
In juni d.a.v. wordt er scheiding tussen de erfgenamen gemaakt. Aan deze akten wordt het volgende ontleend: Vererving heeft plaats op de zoons Lou, Pyter, Wybe en Ridmer, en op de dochters Riensk en Trijntie. Riensk wordt geassisteerd door haar man Hemme Jansen ; Trijntje, blijkbaar nog minderjarig, door haar voogd Jan Lous. De laatste is mogelijk een broer van de moeder Trijn Louwsdr. Er is een huisinge te Buitenpost, lang negen en een half vak, met voor en achter een huif, met half stenen en half liemen wannen (muren), met enige hekken, dammen en dampalen, ruich en ruichscherne (mestvaalt). Ook is er een klein turfhuis. Er is uitgezaaide rogge en enig hakhout. Verder een kinbak hooi, vier lopen gedorste haver, twee wagens, een eg en een ploeg, twee paar zielen (inspanmateriaal voor de paarden voor de wagens, enz.), twee vlegels, een greep en een schop, een veengreep, twee leppen (schoppen), een wan, een ploeg- en een egketting, een voor- en een achterbint, en een jaaglijn. Onder de levende have worden genoemd twee moerpaarden, zes koeien, vijf jongdieren, vier jonge zwijnen, zes schapen, twee soepkalvers (soep --» karnemelk), acht hennen en een haan. Verder worden beschreven de inboedel, hout-, koper-, tin-, ijzer- en meschenwerk, steenwerk op de schotelbank, spek, enz. Bij de scheiding blijkt dat ieder van de zes kinderen toekomt 106 carg 12 st. Alle kinderen plaatsten in 1622 hun handtekening onder de erfenisdeling
.