Tjemck Bottes van Helbada [v-p]
Tjemck Bottes van Helbada [v-p]
Tjemck Bottes van Helbada [v-p], geboren in 1360, overleden in 1430.

Tjemck Bottes van Helbada [v-p].
--» Haar geboortedatum, huwelijksdatum en overlijdensdatum komen van Jan Jellema (bron: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I11408.php).
--» Zij wordt genoemd in Stamboek van den Frieschen Adel.
(bron: Montanus de Haan Hettema en Arent Van Halmael jr, Stamboek van den Frieschen, vroegeren en lateren, adel, uit oude en echte bescheiden en aantekeningen en met bijvoeging van de wapens der onderscheiden geslachten opgemaakt, blz 73 ; http://digicollectie.tresoar.nl/object.php?object=198&zveld=73).
--» 08-05-1440: Peter Kammengha van Ameland testeerde ziek van lichaam op te Leeuwarden. In dit testament wordt zijn vrouw driemaal vermeld als Zyce of Zyca en ook zijn 4 kinderen worden met namen genoemd. Zijn stiefzoon Rienck Camstra zegelt ook. Camminghaburg liet hij na aan zijn zoon Sicke.
(bron: Friese testamenten tot 1550 (Verhoeven e.a.) 11 en Oudfriesche oorkonden (4 delen, Sipma e.a.) II-215 ; http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» 08-05-1440: Nr 11, Naam Peter Kammengha, Partner(s) Sicke, Kinderen zoons: Sicko, Zywych (lees: Syuck); dochters: Thiamke, Zacke, Woonplaats Leeuwarden, Commentaar 1. Zoon van Gerrard Camminga en Tiemck N.; trouwde Sicke (nr 14), weduwe van Peter Camstra (UvB, f. 36r). 2. Andere genoemde Camminga’s: Gerrard (vader van Peter, of zoon van Peters zuster Wick) en Ubele. Int jeerUsisHerens thusend fiowerhundert ende fiowertich, up SenteWironis dey, zo had Peter Kammengha, froed ende wys van zenne, al was hy krank van lichama, maecked zyn leste testament ende lesta willa, ende welde dattet fest ende machtich scille blywa, in aldusdena manere als hirney scriowen steth. Int arste zo maecket hy to eerwa al zynes guedes, tilber ende ontylber, uuthzeid jeffta ende bokengha, zyne fiower kyndan, in aldusdena manere dat Sicko ende Zywych scillet habbe da twene delan, ende Thiamke ende Zacke den threndel zynes guedis. Ende da stattha to Kammenghabuer scillet Sicko ende Sywich to forendele habba. Ende Thiamke ende Sacke scillet by frionda rede ende by da maerra dele der mondena bostegia, zo scillet hia den thremdel habba. Ende Sicke, zyn lya, scil habba da bihielde der statthena to Kammenghabuer, ende scil bruka ende regeria alla da guede ond tha kynden to bueckwesta kommeth, by rede der mondena der hy da kynden ende da guede byfellen had, alsMenno Jayama,GerrardKammengha,Renyck Kampstera ende Syko Mirtena. Item zo habbet Peter ende Zyce onder hemman maecked ende bygrypen dat thet ene kynd scil up dat ore lawghia, hudanne da friondan Zyca naeth moye ende myth frede up da huze ende in da guede lete zitta. Zo hat hio ther nyes consent to racht dat thet ene kynd up dat ore scil lawghia. Item zo had Peter Zyca to hir lyffstonde toleid al da stethan uppa dyke, uuth on dath dyap, uuthzeid Ubele steede Kammengha, den scil Ubelo byhalda zonder here to zyner lyffstonde, ende Garrerd scil aldeerfore weer upbaerra uppa Hoecke alzo fule als hem blyka mey. Item zo had hy zyne legherstoe byjared to da jacopinen by User Frowa tot oed. Item zo had hy boecket hundert klencarda, da scilma dela by her Hoytis ende her Reynerdis ende der mondena rede. Item da spreke der hy had up Edo kyndan Kampes, da byfeld hy da monden. Dit testament is maecked in fule gudera lioda andword, als her Hynricks, zyn persona to Kammeghabuer, broder Thomas Kraen, her Hoytis, her Renerdis, to Liowerd presteran, ende Syko Mertena, Renich Campstera, Garrerdis Kammengha ende Ubeles Kammengha, der aldeerto ropen ende beden weren. Jowen ende scriowen des jeris ende dis deis als vorsc. is, etc. etc. etc. In ene kenneze disser wirde zo habbet wy,Hynrich, Hoyt ende Reynerd, presteran, ende Menno Jayama, Gerrard Kammengha, Syko Mertena ende Renyck, use zygele on dyt breeff hanghet. Datum als vorsc. is, etc. Origineel: A. ARA, Archief Nassause Domeinraad, Hoofdarchief, inv. nr 10313.7 Perkament. Van de zeven uithangende zegels nog aanwezig: 3 (106), 5 (42). In dorso: Peter Kammyngha testament.
(bron: G.Verhoeven, J.A.Mol, Friese testamenten tot 1550, blz 15 ; https://www.academia.edu/19550619/G._Verhoeven_en_J.A._Mol_ed._Friese_testamenten_tot_1550_Leeuwarden_1994 ; Friese Zegels ; http://www.vanbritsom.com/Library%203/Friese%20zegels%20.pdf)
.

trouwt in 1380
met

Gerrolt Taeckes Cammingha [v-p], zoon van Taecke Cammingha [v-p], geboren in 1350 te Ferwerd, overleden in 1415, trouwt (1) in 1370 met Hack Sydses van Cambuur [s-p], geboren in 1350 te Leeuwarden, overleden in 1410.

Gerrolt Taeckes Cammingha [v-p].
--» Zijn geboortedatum, huwelijksdata en overlijdensdatum komen van Jan Jellema (bron: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I13013.php).
--» Hij wordt genoemd in Stamboek van den Frieschen Adel.
(bron: Montanus de Haan Hettema en Arent Van Halmael jr, Stamboek van den Frieschen, vroegeren en lateren, adel, uit oude en echte bescheiden en aantekeningen en met bijvoeging van de wapens der onderscheiden geslachten opgemaakt, blz 73 ; http://digicollectie.tresoar.nl/object.php?object=198&zveld=73).
- Simon Wierstra geeft als overlijdensdata 1401/1424 (brpn: http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» Aanhanger van Albrecht van Beieren in 1398 en door deze tot baljuw benoemd van Zuidelijk Oostergo. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» Vermeld in 1399 als heer van Leeuwarden op Camminghaburg, verkregen door zijn vrouw Hack.
Camminghaburg werd toen door de Schieringers onder Dekema, Hania en Botnia ingenomen en hij moest vluchten naar Holland en bleef daar tot 1401 in ballingschap. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» Genoemd met Botte van Helbada in Oudfriesche oorkonden (4 delen, Sipma e.a.) I-27 d.d.2-2-1418. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» Hij wordt later genoemd in het testament van zoon Peter.
Zie voor hem en zijn nageslacht Leeuwarder Historische Reeks VI-74. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» 1437: Pieter van Cammingha was zeer waarschijnlijk een zoon van Gerraut van Cammingha van het Slot Cammingha te Ferwerd, en Hac van Cammingha, dochter van Sidse van Cammingha van Camminghaburg, en gehuwd met Syts of Sitte Lansma, weduwe van den Olderman Petrus van Camstra. Cammingha wordt beschuldigd zijne zuster Wick, erfgename geworden van zijnen ouderen broeder en zuster, die kinderloos overleden, van de erfenis, waartoe Camminghaburg behoorde, met geweld te hebben ontzet. Hij behoorde tot de partij der Vetkoopers, en teekende in 1422, toen de overheersching van Hertog Jan van Beijeren overal misnoegen verwekte, met eene menigte Oostfriesche en Groningsche Edelen en Friesche Schieringers en Vetkoopers te Groningen een zoenverdrag, ten einde zich gezamenlijk tegen de dwingelandij te kunnen verzetten; welk verdrag, gevolgd door eenige gelukkig uitgevallen krijgsverrigtingen, oorzaak was, dat de Hertog genoodzaakt werd de vrijheden der Friezen op nieuw te bevestigen en zelfs te vermeerderen. Op den 29 September 1437 gaf hij met zijne mederegtsres een consentbrief wegens den koop van een stuk lands, gekocht door het Klaarkamper klooster. Onder de Mederegters, die met Cammingha dit stuk onderteekenden, vindt men Alteko Jeligha, waarvan de overeenkomst van naam met dien van den laatst voorgaanden Grietman, mij doet denken, dat hij dezelfde persoon is, en dus hier bevestigd wordt, hetgeen in de inleiding van dit werk omtrent de toerbeurtenis gezegd.
(bron: Nieuwe naamlijst van Grietmannen van de vroegste tijden af tot het jaar 1795, Jhr. Mr. H. Baerdt van Sminia, blz xxx ; https://ia802707.us.archive.org/11/items/nieuwenaamlijst00smingoog/nieuwenaamlijst00smingoog.pdf).
--» 08-05-1440: Peter Kammengha van Ameland testeerde ziek van lichaam op te Leeuwarden. In dit testament wordt zijn vrouw driemaal vermeld als Zyce of Zyca en ook zijn 4 kinderen worden met namen genoemd. Zijn stiefzoon Rienck Camstra zegelt ook. Camminghaburg liet hij na aan zijn zoon Sicke.
(bron: Friese testamenten tot 1550 (Verhoeven e.a.) 11 en Oudfriesche oorkonden (4 delen, Sipma e.a.) II-215 ; http://www.simonwierstra.nl/Cammingha.htm).
--» 08-05-1440: Nr 11, Naam Peter Kammengha, Partner(s) Sicke, Kinderen zoons: Sicko, Zywych (lees: Syuck); dochters: Thiamke, Zacke, Woonplaats Leeuwarden, Commentaar 1. Zoon van Gerrard Camminga en Tiemck N.; trouwde Sicke (nr 14), weduwe van Peter Camstra (UvB, f. 36r). 2. Andere genoemde Camminga’s: Gerrard (vader van Peter, of zoon van Peters zuster Wick) en Ubele. Int jeerUsisHerens thusend fiowerhundert ende fiowertich, up SenteWironis dey, zo had Peter Kammengha, froed ende wys van zenne, al was hy krank van lichama, maecked zyn leste testament ende lesta willa, ende welde dattet fest ende machtich scille blywa, in aldusdena manere als hirney scriowen steth. Int arste zo maecket hy to eerwa al zynes guedes, tilber ende ontylber, uuthzeid jeffta ende bokengha, zyne fiower kyndan, in aldusdena manere dat Sicko ende Zywych scillet habbe da twene delan, ende Thiamke ende Zacke den threndel zynes guedis. Ende da stattha to Kammenghabuer scillet Sicko ende Sywich to forendele habba. Ende Thiamke ende Sacke scillet by frionda rede ende by da maerra dele der mondena bostegia, zo scillet hia den thremdel habba. Ende Sicke, zyn lya, scil habba da bihielde der statthena to Kammenghabuer, ende scil bruka ende regeria alla da guede ond tha kynden to bueckwesta kommeth, by rede der mondena der hy da kynden ende da guede byfellen had, alsMenno Jayama,GerrardKammengha,Renyck Kampstera ende Syko Mirtena. Item zo habbet Peter ende Zyce onder hemman maecked ende bygrypen dat thet ene kynd scil up dat ore lawghia, hudanne da friondan Zyca naeth moye ende myth frede up da huze ende in da guede lete zitta. Zo hat hio ther nyes consent to racht dat thet ene kynd up dat ore scil lawghia. Item zo had Peter Zyca to hir lyffstonde toleid al da stethan uppa dyke, uuth on dath dyap, uuthzeid Ubele steede Kammengha, den scil Ubelo byhalda zonder here to zyner lyffstonde, ende Garrerd scil aldeerfore weer upbaerra uppa Hoecke alzo fule als hem blyka mey. Item zo had hy zyne legherstoe byjared to da jacopinen by User Frowa tot oed. Item zo had hy boecket hundert klencarda, da scilma dela by her Hoytis ende her Reynerdis ende der mondena rede. Item da spreke der hy had up Edo kyndan Kampes, da byfeld hy da monden. Dit testament is maecked in fule gudera lioda andword, als her Hynricks, zyn persona to Kammeghabuer, broder Thomas Kraen, her Hoytis, her Renerdis, to Liowerd presteran, ende Syko Mertena, Renich Campstera, Garrerdis Kammengha ende Ubeles Kammengha, der aldeerto ropen ende beden weren. Jowen ende scriowen des jeris ende dis deis als vorsc. is, etc. etc. etc. In ene kenneze disser wirde zo habbet wy,Hynrich, Hoyt ende Reynerd, presteran, ende Menno Jayama, Gerrard Kammengha, Syko Mertena ende Renyck, use zygele on dyt breeff hanghet. Datum als vorsc. is, etc. Origineel: A. ARA, Archief Nassause Domeinraad, Hoofdarchief, inv. nr 10313.7 Perkament. Van de zeven uithangende zegels nog aanwezig: 3 (106), 5 (42). In dorso: Peter Kammyngha testament.
(bron: G.Verhoeven, J.A.Mol, Friese testamenten tot 1550, blz 15 ; https://www.academia.edu/19550619/G._Verhoeven_en_J.A._Mol_ed._Friese_testamenten_tot_1550_Leeuwarden_1994 ; Friese Zegels ; http://www.vanbritsom.com/Library%203/Friese%20zegels%20.pdf)
.

Uit dit huwelijk:

 naamgeborenplaatsoverledenplaatsoudrelatiekinderen
Pieter Gerrolts*1369 Leeuwarden †1440 Leeuwarden 70


Frerik Hendriks
Frerik Hendriks [v-s] --» Zijn naam komt van Henk Weijer (bron: http://members.home.nl/henkweijer/Hillichien.html).

trouwt op zondag 19-04-1744 te Tolbert
met

Grietje Lues [v-s] --» Haar naam komt van Henk Weijer (bron: http://members.home.nl/henkweijer/Hillichien.html).

Uit dit huwelijk:

 naamgeborenplaatsoverledenplaatsoudrelatiekinderen
Hindrik Freriks*1743 Kornhorn †1824 Grootegast 81
Luije~1750     


Syds Oenes Wiarda
Syds Oenes Wiarda [e-p], geboren circa 1434 te Goutum, overleden in 1481.

Syds Oenes Wiarda [e-p].
--» Haar geboortedatum en overlijdensdatum komen van Jan Jellema (bron: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I23246.php).

relatie
met

Idze Minnes van Eminga [f-p], zoon van Minne Sjucks van Eminga [v-p] en Tjemck Pieters van Cammingha [v-p], geboren in 1454 te Stiens, overleden in 1492 te Goutum, relatie (2) met Saepck van Nittema [e-p], geboren in 1455, overleden in 1502.

Idze Minnes van Eminga [f-p].
--» Zijn geboortedatum en overlijdensdatum komen van Jan Jellema (bron: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I14156.php).
--» Misschien is deze Ids een kleinzoon van Ids van Eminga (Sr) en dus niet van Sjuck van Eminga. De naam van dochter Claer wijst ook in die richting. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Eminga.htm).
--» Genoemd in Oudfriesche oorkonden (4 delen, Sipma e.a.) II-182 d.d.28-6-1492 bij het verbond tussen Leeuwarden en Sneek/Franeker. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Eminga.htm).
--» Hij was eigenaar van Gerbadastate bij Hallum. Zie N.O.I-173/174 (Ferwerderadeel) (bron: http://www.simonwierstra.nl/Eminga.htm).
--» Volgens een opschrift te Goutum zou hij omstreeks 1490 zijn overleden en was hij getrouwd met een Wiarda) (bron: http://www.simonwierstra.nl/Eminga.htm).
--» Voor Simon Wierstra lijken de opschriften te Goutum alle na 1600 gelijktijdig te zijn aangebracht in chronologische volgorde en daarom niet betrouwbaar. Zie ook grafschriften Roorda IV-31,128. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Eminga.htm)
.


Sjoerd Wijtses Veenstra
Sjoerd Wijtses Veenstra [f-s] --» Zijn naam komt van Henk Weijer (bron: http://members.home.nl/henkweijer/Hillichien.html), geboren circa 1772 (bron: http://members.home.nl/henkweijer/Hillichien.html), overleden op zondag 30-11-1834 (bron: http://members.home.nl/henkweijer/Hillichien.html) te Nuis.


Sijts Aytta
Sijts Aytta [e-pkk;g-p;g-p].

relatie
met

Tjalling Pijbes Wiarda [f-pkk;g-p;g-p, zoon van Pijbe Oenes Wiarda [v-pkk] en Catharina [v-pkk], geboren in 1441 te Poppingawier, overleden in 1480 te Swichum, trouwt (2) met Catharina [e-pkk;e-p;e-p].

Tjalling Pijbes Wiarda [f-pkk;g-p;g-p.
--» Zijn geboortedatum en huwelijksdatum komen van Jan Jellema (bron: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I45140.php).
--» Vermoedelijk een buitenechtelijke zoon.Zie Genealogysk jierboek (Fryske Akademy) 1991-128. Vermeld met broer Doecke in Groot Placcaat en Charterboek van Vriesland (bron: Groot Placcaat en Charterboek van Vriesland ; books.google.nl/books?id=IE1DAAAAcAAJ ; http://books.google.nl/books?id=9d9WAAAAMAAJ) en Oudfriesche oorkonden (4 delen, Sipma e.a.)-I-254 d.d.22-9-1474 als erven van oom Tjomme.Zij doen dan afstand van Aenkama-goed te Birstum t.g.v. de zusters van klooster Aalsum. (bron: http://www.simonwierstra.nl/Wiarda.htm).
--» Zijn geboortedatum, huwelijksdatum en overlijdensdatum komen van Jan Jellema (bron: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I18317.php)
.